Verslag Duurzaamheidscafé 2020 #3: Het Nieuwe Boeren

Door Rogier Kersten

De druk op boeren om te verduurzamen wordt steeds groter. De centrale vraag van de avond is: hoe krijgt de boer de omslag van traditioneel boeren naar het nieuwe boeren gerealiseerd? Hieronder een verslag. Helemaal onderaan deze pagina vind je ook een YouTube-link naar de complete opname van deze avond.

Zangeres Elma Vriezekolk opent de avond, begeleid door Jasper Mellema op keyboard.

Weervrouw en ambassadeur van de duurzaamheid Margot Ribberink heet iedereen welkom, zowel het live publiek als het online publiek.

1ste spreker: Arno van der Kruis over de transitie naar het nieuwe boeren

Arno van der Kruis is bioloog en heeft 25 jaar in het boerenland rondgelopen en zich op het grensvlak van natuur en landbouw begeven. Hij heeft 20 jaar geleden samen met een vriend Vereniging De Ploegdriever opgericht: deze vereniging brengt boeren en burgers samen om boerenland weer natuurlijker te maken. Arno is zelf ook kleinschalig boer. Hij beheert een Cox’s Orange Pippin boomgaard van 1,5 ha in Ressen.

Hij kijkt als bioloog vanuit een biologisch perspectief tegen de landbouw aan terwijl een boer natuur vaak ziet als productiefactor. Een bioloog ziet landbouw meer als levensgemeenschap van planten en dieren. Dit is belangrijk om ons te realiseren.

Volgens Arno moet het nieuwe boeren bijdragen aan een goed leefmilieu en het liefst onze landschappen en natuur beschermen.

De term duurzame landbouw wordt vaak als containerbegrip gebruikt. Volgens het ZLTO doen boeren er alles aan om duurzaam voedsel te produceren. Maar duurzaam betekent: meer biodiversiteit en betere milieukwaliteit.

Biodiversiteit: het huidige boerengrasland bestaat hoofdzakelijk uit één grassoort. Door flinke bemesting en het opnieuw inzaaien na verloop van jaren wordt deze monocultuur in stand gehouden. Dit is geen biodiversiteit, het wordt hiermee alsmaar monotoner.

Dan de factor milieu. Feit is dat in de meeste boeren bedrijven de milieudruk afneemt, maar de milieudruk is nog altijd zodanig dat de natuurwaarden er onder leiden. Dit komt door de meststoffen en bestrijdingsmiddelen én door de kunstmatige regulering van het water.

Landbouw vs natuur:

Landbouw is gewoon een economische activiteit voor de productie van planten en dieren. Natuur is iets dat zichzelf handhaaft, waarin de mens niet ingrijpt.

De boer is afhankelijk van de natuurlijke processen om gewassen en dieren te produceren, maar die worden zodanig gereguleerd dat de productie wordt gemaximaliseerd. Je kunt een krop sla op water met mineralen kweken met een ledlampje erboven, maar dat is geen biodiversiteit en geen systeem waarin de natuur tot ontplooiing komt. Dit betekent: Hoe meer natuur, hoe minder productie over het algemeen.

Maar het kan ook anders. Dit illustreert Arno aan de hand van het voorbeeld van de Ploegdriever in Berg en Dal. Op 4 hectare grond wordt hier schone landbouw met veel natuur bedreven. Het gaat om enerzijds om schone landbouw (milieukwaliteit) en anderzijds natuurrijk boerenland (natuurkwaliteit). Aan beide moet je aandacht besteden om een gezonde landbouw te krijgen.

Factoren die de transitie van het oude naar het nieuwe boeren kunnen bewerkstelligen:

  • Schone landbouw: dit is biologische landbouw en die bestaat al. Dit wordt al gepraktiseerd en steeds verbeterd. Die kennis is aanwezig.
  • Natuurlijk boerenland: hiervoor moet je in agrarisch landschap een netwerk van natuur organiseren. Dit is bijvoorbeeld gelukt in de Ooijpolder met de groenblauwe diensten. Een dure oplossing waarvoor een donatie van de Postcodeloterij nodig was. Het heeft geen navolging gekregen, waarschijnlijk doordat het te duur is of door tijdgebrek.

Schone landbouw en natuurrijk boerenland is mogelijk maar wie betaalt daarvoor de rekening. Biologische producten zijn vaak duurder dan de producten bij de AH of Lidl. Het is nog maar 4% van de markt. Maar alleen biologische landbouw is niet voldoende, want dat betekent niet dat biologische boeren ook natuur op hun bedrijf hebben. Dan zou het dus nog duurder worden.

Slotconclusie: schoon boeren in combinatie met een natuurrijk bedrijf geeft geen transitieperspectief omdat dit te duur wordt en producten niet gekocht gaan worden. Een nare conclusie, maar Arno hoopt dat het ook anders kan.

De overheid kan wel wat doen, maar houdt veelal vast aan productie voor de wereldmarkt. Er is veel meer mogelijk op agrarisch natuurbeheer, maar de boerenlobby en politiek zorgen ervoor dat EU-gelden zoveel mogelijk naar het produceren gaan en veel minder naar natuurbeheer en schone boeren. Een stevige nationale groene politiek zou een ruk in de goede richting kunnen geven.

Vraag uit het publiek: Vergroening wordt op nationaal niveau toch al gestimuleerd via het GLB (Gemeenschappelijk Landbouw Beleid)?

Klopt, helaas zijn die groene gelden in het verleden in een bodemloze put terechtgekomen. Laatste jaren zijn die subsidiegelden wel verbeterd, maar nog altijd veel te weinig. Daar krijg je een boerenland niet natuurlijk mee. Dat moet veel intensiever, veel uitgebreider, en er moeten meer boeren aan mee doen. Het moet veel meer opgeschaald worden.

2de programma-onderdeel: Interview Mark Wiering met Kees Kooman: inspirerende voorbeelden van ‘nieuw boeren’.

Kees Kooman heeft het boek ‘Nieuw boeren’ geschreven waarin hij tien boerenfamilies heeft geïnterviewd die allemaal de transitie naar het nieuwe boeren hebben gemaakt.

Mark Wiering is universitair hoofddocent, milieu en beleid aan de RU.

Vraag: Kun je iets vertellen over de achtergrond van het boek? Waarom wilde je dit boek schrijven?

Na twee eerdere boeken over boeren die veelal droevig stemden, wilde ik dit keer een positief boek schrijven waarin ik laat zien hoe het ook kan in het boerenland.

Mark citeert een zin uit het boek: “Het mooie van het kruidenrijke gewas is dat het stikstof uit de lucht haalt en tegelijkertijd CO2 wordt vastgelegd. Het is eigenlijk heel simpel: zorg goed voor de grasmat, dan zorgt de grasmat goed voor jou. Hoe meer bodemleven, wormen enz, hoe vruchtbaarder de grond en hoe voedzamer de gewassen die erop groeien.”

Vraag: Klinkt logisch, waarom doen we dit niet allemaal?

We zijn erg gefixeerd op het Engelse raaigras, maar als boeren het wagen om iets minder productief te zijn, dan kan het echt anders.

Vraag: Hoe heeft deze familie het weten te doen?

De ouders waren er niet van overtuigd dat hun kinderen ze zouden opvolgen en lang geleden hebben ze de beslissing genomen om biologisch te gaan boeren. Hierdoor vonden de kinderen het langzamerhand aantrekkelijker. Mensen moeten er meer voor betalen, maar dan kan het uit.

Mark leest een citaat van een andere boer uit het boek voor: “Je kunt gemakkelijk stellen dat het niet de boeren zijn die het land kapot maken, maar het is het landbouwsysteem zelf. Je vraagt je daarbij af waarom de LTO dat niet zelf constateert.”

Vraag: Waarom gaat de LTO hier niet zelf mee aan de slag?

Die lobby is zeer ongrijpbaar en ontzettend machtig. Het kan inderdaad op een andere manier, maar de LTO wil niet luisteren.

Vraag: Maar hoe kan het anders?

Er zijn echt harde maatregelen nodig en die zullen er ook komen. De consument moet gaan begrijpen dat het om waardevol voedsel gaat en daar hangt een prijskaartje. En de boeren zijn nu gericht op export, maar we moeten af van het idee dat wij (NL) de wereld voeden.

Nederland loopt helemaal achteraan qua biologische productie (3%). We zouden een hele inhaalslag kunnen maken als we van 3 naar 10% gaan.

Vraag: Er zijn gedachten om een fonds te creëren om boeren te helpen (door te stoppen of transitie te maken)?

Daar ben ik het mee eens. We moeten boeren helpen om van niche naar gangbaar te gaan.

Vraag: Achter in je boek staan allerlei duurzaamheidsinitiatieven. Kun je er eentje uithalen die je interessant vond?

Ik vind alle projecten die tegen de stroom in gaan interessant. Je ziet ze overal, het is een olievlek, er gebeurt wel wat. Dus wat dat aangaat toch nog iets positiefs.

Er zijn twee vragen uit de zaal:

  1. Hoe kunnen we als burgers invloed uitoefenen op de exporterende boeren?

Biologisch en dichterbij kopen.

2. Hoe laten de 10 boeren uit het boek zien dat hun producten waardevoller zijn?

Bijvoorbeeld Kipster: zij hebben een schakel uit de tussenhandel gehaald. Daardoor kunnen die boeren beter verdienen en dat laat de supermarkt keten vervolgens duidelijk zien. Want dat is wel belangrijk dat je het dan ook laat zien.

Muzikaal intermezzo: Elma Vriezekolk, begeleid door Jasper Mellema op keyboard.

Volgende spreker: Ingrid Kerkvliet over het concept Herenboeren

Ingrid is (een van de zeven) kartrekker(s) van het concept Herenboeren.

Herenboeren gaat en staat voor duurzaam voedsel produceren.

Een herenboerderij is een coöperatie waarbij 200 huishoudens zich kunnen aansluiten. Je wordt als het ware mede-eigenaar van de boerderij. Inleg is 2.000 euro (1.000 euro vooreenpersoons huishoudens), daarnaast betaal je 10 tot 15 euro pp voor het pakket aan voedsel dat je er kunt ophalen. Er is een boer in loondienst en de grond wordt gepacht voor minimaal 15 jaar. Er wordt groente verbouwd en er worden kippen, varkens en koeien gehouden.

Als mede-eigenaar mag je meehelpen, maar het hoeft niet. Er ontstaat ook vaak een actieve community met de 200 huishoudens.

Ingrid vertelt over de oprichting van Herenboeren Nijmegen en de samenwerkingsovereenkomst met Herenboeren Nederland.

Herenboeren Nijmegen staat voor het versterken van de biodiversiteit: op gezonde manier voedsel produceren en zorgvuldig met het land omgaan. Biologisch is de ondergrens en het sociale aspect van de herenboerderij wordt omarmd.

Inmiddels zijn er 500 geïnteresseerden en 95 getekende intentieverklaringen. Er zijn minimaal 150 deelnemers nodig, maar het liefst 200. Inmiddels zijn kansrijke locaties in beeld gebracht.

Herenboeren staat voor nieuw boeren: een land vol leven, dieren hebben het goed, geen gebruik van chemicaliën, korte ketens, de boer in loondienst, geen landbouwsubsidies, een toekomstbestendig concept.

Vraag: Stelt herenboeren voorwaarden aan de leden?

Nee, iedereen mag meedoen.

Vraag: Wordt het ook beschikbaar voor mensen met een smalle beurs?

Ja, daar wordt over nagedacht. We zoeken naar mogelijkheden om de toegang te creëren.

Vraag: Hoe is het straks als je werkgever van een boer bent?

Er komen algemene ledenvergaderingen om samen besluiten te nemen, je bent mede-eigenaar dus je hebt mede zeggenschap. En er is ook een dagelijks bestuur.

Discussie – Van niche naar mainstream

Afsluitend vraaggesprek met sprekers Ingrid, Mark, Arno onder leiding van Margot waarbij ook het publiek vragen kan stellen.

Het vraaggesprek gaat hoofdzakelijk over de rol van de overheid in het opschalen van de niches die de revue zijn gepasseerd.

Margot concludeert aan het eind van het vraaggesprek dat we nog lang niet uitgediscussieerd zijn over dit onderwerp. En dan is er alleen nog gesproken over de rol van de overheid. Daarnaast is er ook nog de rol van consument en de producent. Daar kunnen we ook nog heel lang over praten. We hebben vanavond gezien dat er ontzettend mooie initiatieven zijn en dat het ook kan: de natuur en de landbouw in evenwicht. En dat we nog verder moeten nadenken hoe we dat in Nederland gaan oplossen, met als paraplu Europa, en van onderaf de mensen die het echt willen.

Afsluitend muzikaal optreden: van Elma Vriezekolk, begeleid door Jasper Mellema op keyboard.

Bekijk hieronder een heel stel foto’s van de avond en de opname op YouTube (start op 14.15 minuten).
De foto’s zijn gemaakt door fotograaf Mohanad Ataya.